Erfgoed Rausa Roosdaal | werkgroep Kattoem
Alle rechten voorbehouden © Kattem | Kattoem | Cathem | Cathum
Wie nam onder wereldoorlog II het initiatief om er bij het aartsbisdom Mechelen op aan te dringen op Kattem een parochie/kapelanie op te richten? Het blijft voorlopig een open vraag. Feit is dat pastoor Janssens van Pamel op 26 oktober 1943 aan de vicaris-
Nadat de Brusselse architect Vandenbroucke eerst had voorgesteld een barak over te brengen, die stond bij de zusters Ursulinen in Melsbroek, werd toch beslist een kerk te bouwen, een ‘eenvoudig maar waardig gebouw', op grond aan de Abeelstraat, geschonken door Maria/Marie Van Tricht. Volgens plan van de architect was de kerk 214 m² groot en konden er toen 280 stoelen staan. Op 12 mei 1946 werd gestart met de werken; op 9 november 1947 werd de kerk ingewijd. (2)
'Op de dag van de inwijding regende het pijpestelen maar dit kon toch niet beletten dat de straten prachtig versierd waren en dat men een triomfboog had opgesteld voor de kerkingang. De mensen hadden zich dus geen moeite gespaard om deze inwijding zo luisterrijk mogelijk te maken. Het was dan ook niet te verwonderen dat er tijdens het lof, waarvoor de nieuwe kerk voor het eerst werd gebruikt, geen enkel vrij plaatsje meer was te vinden (ook al stonden er toen nog geen stoelen in de kerk).' (3)
In juli 1948 werden een beeld van het Onbevlekte Hart van Maria en een beeld van het Heilig Hart aangekocht. In 1966 werd het koor verrijkt met het beeld 'de Verrezen Christus' (ceramiek van Herman De Kuiper), in 1992, ter gelegenheid van het gouden priesterjubileum van pastoor De Bondt, met twee glasramen van kunstatelier Nijs en een O.-
Ook werd aan de Abeelstraat een pastorie gebouwd (6), opgedeeld in twee woonruimtes, één voor Marie en één voor de kapelaan/pastoor. De totale kostprijs van kerk en pastorie was intussen opgelopen tot ongeveer 1000000 fr.
Jozef Buys, onderpastoor te Borchtlombeek, werd op Kattem de eerste kapelaan/pastoor en bleef het tot midden 1958.
In verschillende documenten omschreven zowel pastoor Buys als anderen, het Kattem ten tijde van de oprichting van de parochie, als ‘een onchristelijk midden', als ‘een missieveld'. ‘Bevolking bijna geheel samengesteld uit werklieden en velen van de laagste werkersklasse. Zij worden bijzonder bewerkt door de socialisten. Socialisme blijft voortwoekeren in syndicaat en ... herbergen.' Maar er was evolutie ten goede! ‘Door zeer veel geduld, toewijding, begrip, bezoeken en bezieling (7), is er een goed aantal christene mensen. H. Hartbonden en beginnende parochiale verenigingen. Een schoon aantal aanwezigen in de dagelijkse mis. Bijna 20000 H. Communiën per jaar.'
Pater Marcel Ginis werd de volgende kapelaan/pastoor, niet voor lang echter want hij overleed op 3 augustus 1961.
Onder kapelaan/pastoor Ginis slabakte het parochiale leven en doordat na hem de aanstelling van een opvolger uitbleef voelden de parochianen zich ook verlaten. Enkelen onder hen schreven naar het aartsbisdom, 'smeekten' om een opvolger en klaagden: 'Er is zelfs geen voorbereiding voor de kinderen die binnenkort hun kleine of plechtige communie gaan doen.'
Wel kwam intussen de pastoor van Strijtem (8) voor bepaalde vieringen naar Kattem, tot uiteindelijk pater Adolf Van Lier op 2 maart 1962 werd aangesteld als kapelaan/pastoor.
Deze werd al op 7 juli 1965 opgevolgd door Jozef De Bondt. Volks, minzaam, klein van gestalte werd hij al vlug ''t pastoorke van Kattem' genoemd. Ook nadat hij op 1 januari 1988 met pensioen ging bleef pastoor De Bondt op Kattem wonen en er voorgaan in vieringen, maar officieel was de pastoor van Borchtlombeek, Theo Vansnick, nu ook pastoor van Kattem en nam geleidelijk en vanaf begin 1998 alle pastorale taken over, tot ook hij in september 2002 op rust ging. Even kwam toen Kattem onder de hoede van pastoor André Smismans van Pamel, maar al op 3 november 2002 werd Hans Decancq verwelkomd als pastoor van Kattem.
Tot 1966 droeg de pastoor in de week dagelijks de mis op, 's zondags waren er twee missen. Ook daarna ging hij dagelijks voor in de mis, maar op zaterdag om 18 u en op zondag alleen om 9 u. Pastoor De Bondt heeft dat dagelijks ritme aangehouden zolang hij kon (9). Maar in 1998 waren er enkel nog missen op woensdag en zondag en onder pastoor Decancq bleef alleen de zondagsmis van 9 u over, heden (anno 2019) maar om de veertien dagen.
Niet verwonderlijk dat de bewoners van Kattem spraken over hun parochie en niet over een kapelanij, want op Kattem werd er ook gedoopt, getrouwd en begraven. Alleen voor het vormsel moesten de jongens en meisjes naar naburige parochies (Borchtlombeek, Wambeek, Strijtem), maar vanaf 1969 kwam de vormheer ook naar Kattem; nu moeten de Kattemse jongens en meisjes al menige jaren opnieuw naar Borchtlombeek, niet alleen voor hun plechtige communie en vormsel, maar eveneens voor hun eerste communie.
In 1953-
In 1959 werd er op Kattem zelfs een kleuterschooltje gebouwd (kostprijs 450000 fr.). Het schooltje hield enkele tientallen jaren stand, maar uiteindelijk moest pastoor De Bondt het met lede ogen overlaten/sluiten.
Op 10 december 1972 werd het 25-
Aan de Kapelleweg op Kattem staat er (uiteraard) ook een kapel, toegewijd aan Onze-
Die kapel is van veel vroegere datum dan de parochiekerk; rond 1880 heeft men er de toen staande kapel afgebroken en een nieuwe gebouwd. Tot 1947 droeg de pastoor/onderpastoor van Borchtlombeek er met Pasen de mis op en bij elk overlijden bad men er de rozenkrans. Dagelijks klepte het klokje het angelus en ook bij feesten luidde het klokje.(11)
***********************************************************************************************
(1) Zodat kerkrechterlijk het gehele gehucht Kattem onder de parochie Borchtlombeek kwam. Daarbij verloor de parochie Pamel-
(2) Volgens Ons Volk van 16 november 1947 werd de kerk ingewijd door Mgr. Van Cauwenbergh, volgens de brochure '25 jaar Kattem' door Mgr. Suenens.
(3) In brochure '25 jaar Kattem'.
(4) Het ene glasraam stelt Sint-
(5) In 1992 werd de kerk ook door gemeentearbeiders geverfd.
(6) Of werd het woonhuis van Marie verbouwd tot pastorie?
(7) Ook, volgens pastoor Buys, dankzij de werking van het ‘christelijk syndicaat en ziekenfonds'.
(8) Felix Magnus. Eigenaardig, de pastoor van Strijtem en niet die van Borchtlombeek!
(9) In tegestelling tot b.v. de parochie Ledeberg, waar er in 1993 wekelijks nog 'slechts' drie missen waren.
(10) Eén bron vermeldt 1949 als bouwdatum.
(11) Begin 1991 werd ingebroken in kerk en kapel.
Waar alles anders is
Bron : Hubert De Bolle -
Geschiedenis |
Historisch |
Markante figuren |